Trage spermacel geeft meer kans op bevruchting dan snelle spermacel

Bioloog Stefan Lupold heeft met behulp van fruitvliegjes bewezen dat een trage spermacel meer kans heeft om een eicel te bevruchten dan een snelle.

De wetenschapper van de Syracuse University gebruikte de fruitvliegjes om het sperma in actie te kunnen volgen in het vrouwelijke voortplantingssysteem. Dat deed hij door de vliegjes genetisch te manipuleren: hij zorgde ervoor dat de kopjes van hun sperma fluogroen of fluorood te zien waren onder de microscoop.
'Spermacompetitie is een fundamenteel biologisch proces in het hele dierenrijk. Toch weten we nog maar weinig over hoe de eigenschappen van de ejaculatie bepalen welk 'zwemmertje' de wedstrijd wint', zegt Lüpold. Daarom ging hij aan de slag met de fruitvliegjes.
Wetenschappers stelden vast dat vrouwelijke fruitvliegjes ongeveer elke drie dagen paren. De vrijgekomen spermacellen van het mannetje zwemmen dan door de vrouwelijke slijmbeurs naar de opslagruimte.
Het is dus in de opslagruimte dat de spermacellen met elkaar vechten om de eicel te bevruchten. Na elke paarsessie zal het nieuwe sperma proberen om de cellen van de vorige weg te duwen. Die worden dan door het vrouwelijke lichaam verwijderd.
Opvallend is dat de langere, traag voortbewegende spermacellen beter zijn in het vervangen van hun rivalen dan de snellere zwemmers. Daardoor hebben zij dus minder kans om de opslagruimte vroegtijdig te moeten verlaten.
'De bevinding dat langere spermacellen succesvoller zijn, komt overeen met eerdere studies', vertelt Lüpold. 'Maar dat tragere spermacellen een voordeel hebben, dat lijkt niet met onze logica te kloppen.' Een mogelijke verklaring? Lüpold denkt dat die cellen dankzij hun slungelige, luie bewegingen minder kans hebben om de 'uitgang' van de opslagruimte te treffen. Dat zou dan weer hun kans op uitwerping verminderen.
Lees meer op: http://www.medicaldaily.com/news/20120801/11232/sperm-faster-slower.htm